Staat de mond van jouw nieuwgierige peuter ook geen seconde stil? De eindeloze stroom aan (waarom-)vragen: grappig, schattig, maar ook een tikkeltje vermoeiend. Wij zetten vijf van deze vragen op een rijtje, mét een suggestie om ‘m te beantwoorden. Scheelt weer!
1. Waarom heb jij geen piemel?
Bewaar je ik-moet-hier-heel-hard-om-lachen-momentje even voor vanavond en zeg gewoon dat jij een vagina (of hoe je het ook noemt) hebt. Niet voldoende voor je peuter? Leg dan uit dat een baby onmogelijk uit een penis kan komen, dat vrouwen daarom een andere onderkant hebben, waardoor de baby naar buiten kan komen.
2. Hoe ben ik in jouw buik gekomen?
Ja hoor, daar is ‘tie: de vraag der vragen. Grote kans dat je peuter of kleuter alleen maar in verwarring raakt als je enthousiast in geuren en kleuren het hele verhaal gaat vertellen. Waarschijnlijk is je kind in eerste instantie tevreden met de uitleg dat een zaadcel van een mama en sperma van een papa samen ervoor zorgen dat er langzaam een kindje begint te groeien in de buik van een mama. Vraagt je kind wel door? Beste advies, houd het simpel.
3. Waarom kan ik niet met je trouwen?
Ach, deze valt overduidelijk in de categorie schattige vragen. Een jong kind is zich bij verliefdheid nog niet bewust van sociale regels en kan gerust verliefd worden op papa, mama, de oppas of de crècheleidster. Je kan vertellen dat mama’s en kinderen niet kunnen trouwen en tegelijkertijd benadrukken dat je altijd heel veel van je kind zult houden. Het kan ook helpen om een boekje te lezen over vriendschap, verliefdheid en trouwen.
4. Ga ik ook dood, mama?
Een vraag waar je misschien liever snel overheen praat. Begrijpelijk, toch is het goed om de vraag te beantwoorden. Je kan vertellen dat alle planten, dieren en mensen op een dag doodgaan, maar dat mensen vaak pas doodgaan als ze oud zijn. Is het een thema waar je kind veel mee bezig is? Ga dan op zoek naar mooie boeken over dit onderwerp of vraag een professional hoe je deze vragen het beste kunt begeleiden.
5. Wie vind je liever? Mij of mijn broertje/zusje?
Het is kind-eigen om beter uit te verf te willen komen dan hun broertje of zusje. Daarom is het ook zo belangrijk dat je kinderen nooit met elkaar vergelijkt, om te voorkomen dat je kind zich minder gaat voelen dan zijn broertje of zusje. Wat zeg je wel? Heel simpel, eigenlijk: vertel je kind dat je van alle kinderen evenveel houdt.
Welke typische peutervraag stelt jouw kind weleens aan jou?