Je zit in het vliegtuig en je voelt de huilbui al hangen. Elf vluchten tot nu toe, stilletjes verlopen. Ooit moet de eerste keer zijn. Zelf wil je ook huilen omdat je terug moet naar regenachtig, werkend Nederland. Maar in plaats van je emoties de vrije loop te geven zoek je naarstig in de luiertas. Sleutelbos, piepend boekje, knuffel, niks is interessant. De knopjes van de verlichting en het stewardess-oproep-lampje zijn twee minuten even leuk. Beentjes beginnen te trappelen, een lijfje verzet zich tegen stilzitten, die onderlip trekt richting huil. Ready for take-off.
Jij weet dat ze moe is, uit haar doen en oncomfortabel. Net als jij zelf, met de zestien centimeter beenruimte die Transavia je in alle karigheid heeft aangeboden. Jij weet dat ze niet vervelend is, geen huilbaby. De zuchtende meneer achter jou weet dat niet. De constant kijkende gangpadbuurvrouw in 6B weet dat ook niet. Maar weet je wat? Je overleeft dit wel. Deze huilbui in dit stampvolle vliegtuig, die overleef je wel. En alle daaropvolgende huilbuien ook. Het gillen, schreeuwen, stampen, wakker blijven; je overleeft het wel. Op het moment dat ze dan ook los besluit te gaan, kijk ik nog even om me heen en denk, ‘Piss off, jullie allemaal. Jullie zijn allemaal babies geweest, hebben allemaal geschreeuwd, en ik heb net zoveel last van jullie als jullie van mij hebben.’ Van luidkeels Limburgs bellen dat ‘ge om vief oer oankomt op Sjiphool’ tot het besluit van de passagier voor ons om geen, blijkbaar nooit meer, deodorant te gebruiken of te douchen, stoort mij ook. Dus piss off, en deal with it, mijn baby huilt even. Ik overleef het wel, en jullie ook.
Ooit moet de eerste keer zijn, waarschijnlijk, voor alle kind-gerelateerde zaken die ik tot nu toe met kromme tenen aanschouwde bij andere ouders. Je peuter die helemaal flipt omdat hij geen Cars lollies krijgt in de supermarkt? Je overleeft het wel. Je vijf jarige dochtertje dat, verkleedt als Sneeuwwitje, schreeuwend de voordeur uitkomt omdat je haar zwarte schoentjes niet kon vinden en ze nu niet helemááál op Sneeuwwitje lijkt? Je overleeft het wel. Je peuter die de hele inhoud van de doos Kelloggs op de grond heeft gestrooid en het nu met haar voetjes aan het verkruimelen is samen met de alles-opetende-hond? Je overleeft het wel, de hond hopelijk ook. De eerste enorme hap zand die wordt doorgeslikt in de zandbak? Jij, en zij, overleven het wel. En dus, deze huilbui in het vliegtuig, die overleef ik wel. Na een minuut of zeven is het weer stil en kunnen de andere passagiers verder met irritant zijn.
Ik besluit me in alle rust zorgen te maken over andere zaken. De eerste keer dat ze naar school gaat. De eerste keer dat ze op stap gaat. De eerste keer dat ze met een vriendje thuiskomt. De dag dat ze uit huis gaat. Oh my god. Dat overleef ik niet hoor. Doe mij nog maar een huilbui op schoot in een veel te krap toestel. Blijf nog maar even heel lang baby. Dat overleef ik wel.