Er was eens een peutertje. Zijn naam is Tex en hij is een jongetje; een lief jongetje die vrolijk, ondeugend, muzikaal en avontuurlijk is. Die aan het begin van zijn leven staat en de wereld wil ontdekken. Hij speelt met auto’s, knutselt aan zijn fiets, bouwt tenten en speelt in de speeltuin. Niks mis mee zou je denken. Maar… Tex vindt roze een mooie kleur en hij kijkt liever naar Dora dan naar Diego. En dat zijn toch ‘meisjesdingen’?
Zo kan ik nog wel een paar ‘meisjesdingen’ noemen die hij cool vindt. Op mijn hakken lopen is reuze interessant en het net nieuw gekochte rokje voor zijn nichtje moet hij aan. Als ik even niet oplet, gaat hij aan de wandel met mijn make-up tasje om vervolgens als Prinsessia terug te keren. En wanneer hij bij oma mag kiezen tussen de roze en de gele drinkbeker, kiest hij steevast voor de roze. ‘Mama, mag ik lipjes? Mama, mag ik blush? Mama, Tex ook oorbellen.’ Zo nu en dan vraagt hij naar die ‘meisjesdingen’. Ook als ik iets nieuws aan heb is Tex de eerste die het ziet. Hij zegt dan: ‘Mama nieuwe jurk, mooi!’
Mijn vriend vindt het niet altijd leuk. En dat begrijp ik wel. We betrapten onszelf erop dat we vaak zeiden: ‘Nee Tex, dat kan niet, dat is voor meisjes.’ Maar ik heb nagedacht (ja dat doen moeders) en wat maakt het eigenlijk uit dat hij ‘meisjesdingen’ leuk vindt? Helemaal nul, niks, nada, noppes! Wie heeft er ooit op deze aardkloot verzonnen dat de kleur roze voor meisjes is en dat jongens geen rokjes kunnen dragen?
Ik vertik het dan ook om in hokjes te denken. Ik denk er liever buiten. Ik wil hem de wereld laten ontdekken. Ik wil dat hij zichzelf kan zijn, naar zijn gevoel luistert, eerlijk is en onbevooroordeeld kiest wat hij leuk vindt. En… daar voor uit mag komen. Waarschijnlijk is het een fase waarin hij zit. Net zoals zijn hele ontwikkeling in fases verloopt. En zo niet, dan is het ook prima. Als hij maar gelukkig is.
Als ik Tex dan toch in een hokje moet duwen dan stop ik hem (met rokje en al) in het hokje van de ‘metromannetjes’. De Dikke Van Dale omschrijft het begrip als volgt: ‘een aantrekkelijke, meestal heteroseksuele man, die erg met zijn uiterlijk bezig is en hierin vrouwelijke trekjes vertoont, en niet bang is zijn gevoel en zachte kant te laten zien.’ En dat laatste klopt ook wel. Tex is een knuffelkont en kan uit het niets roepen: ‘Mama knuffel!’ Ook kijken we elkaar vaak in de ogen en zeggen dan: ‘I love you!’ en geven elkaar daarna een dikke zoen. Heerlijk is dat!
Ja, ik zie mijzelf over een paar jaar wel gezellig met mijn metromannetje winkelen, in de sportschool staan en naar de sauna gaan.
En… o ja, David Beckham en Brad Pitt zijn de metromannen anno nu. Ahaa! Dat is een fijn vooruitzicht! Tex blij en mama blij; ze leefden nog lang en gelukkig.